maandag 13 februari 2017

Effectiever samenwerken in de aanpak van kindermishandeling


Jaarlijks worden 119.000 kinderen slachtoffer van kindermishandeling. Veel professionals werken samen om dat te voorkomen. Maar ondanks de goede wil, loopt het nogal eens mis in de samenwerking. Op 10 januari was een bijeenkomst jeugd van het centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid met als thema: Effectiever samenwerken in de aanpak van kindermishandeling.

Vertrouwen en luisteren
De middag startte met een interview met een meisje dat slachtoffer was geweest van kindermishandeling. Ze praatte er eerst met niemand over, maar vertoonde wel lastig gedrag. Dit gedrag werd geduid als pubergedrag en niemand die zich afvroeg waar dat vandaan kwam. Uiteindelijk vertelde ze een vriendin wat er thuis gebeurde en kwam het toch uit. Dat was het begin van een reeks hulpverleners. Bij de vraag wat een goede hulpverlener is gaf ze aan dat 'luisteren' en 'vertrouwen' een stuk belangrijker zijn dan direct handelen. Dat sluit aan op wat Kim Laar, slachtoffer van kindermishandeling deze week in een interview met de Volkskrant* zegt: Er zijn geen simpele antwoorden. Maar ik denk wel dat je het altijd eerst met het kind moet bespreken voor je een volgende stap zet. Luister naar hen, zij kennen hun eigen situatie het beste.

Wij geloven niemand

Daarna kwam Bertine Spoor, forensisch arts bij de Forensische Polikliniek Kindermishandeling aan het woord. Spoor hield een interessant verhaal over hun werkwijze en de manier waarop ze onderzoek doen. Wij geloven niemand, moeder niet, vader niet, het kind niet. Wij gaan op zoek naar feiten, beschrijven en meten letsel op, maken foto's en geluidsopnames. Ze pleitte er voor zeker bij vermoedens van seksueel misbruik, breuken bij jonge kinderen, niet te aarzelen en altijd forensisch onderzoek te laten doen.

Forensische expertise noodzakelijk
Jammer is om te horen dat de polikliniek per 1 maart gaat sluiten, terwijl er toch juist meer behoefte is aan deze expertise (Volkskrant 15 februari). Het wordt overgenomen door het Nederlands Forensisch Instituut. De ervaring van advocaat Richard Korver is dat het daar een stuk trager gaat. In sommige regio's werken nog wel forensische kinderartsen. Bijvoorbeeld bij het multidisciplinair centrum kindermishandeling Kennemerland die later op de middag hun verhaal deden over de samenwerking met andere partijen. Want na het onderzoek blijft er nog genoeg werk aan de winkel voor de hulpverlening omdat de forensisch arts kan niet zien wie het letsel heeft veroorzaakt en ook de hulpverlening niet regelt.
Ook volgens Jan de Jong van de nationale politie is forensische expertise belangrijk om vast te stellen of het om kindermishandeling of seksueel misbruik of 'ongelukkig gevallen'. Alleen een forensisch arts kan aan het soort letsel beoordelen of het verhaal klopt of niet. De Jong vertelde een aangrijpend verhaal van een 3 jarig meisje dat op basis van het onderzoek van een gewone arts uithuisgeplaatst was en haar vader opgepakt, terwijl achteraf na onderzoek door een forensisch arts bleek dat het 'onwaarschijnlijk klinkende verhaal' toch klopte.

Samenwerking

De samenwerking tussen politie, forensisch arts en hulpverlening is soms lastig, maar zeker belangrijk voor (vermeende) slachtoffers van kindermishandeling. De forensisch arts kijkt naar letsel, de hulpverlening moet op basis van die informatie beoordelen hoe veilig de situatie is, luisteren naar het verhaal en de wensen van het slachtoffer, de hulp opstarten en de politie inschakelen voor het doen van onderzoek en de bescherming van het kind.



*http://www.volkskrant.nl/binnenland/lessen-uit-het-leven-van-kim-van-laar-slachtoffer-kindermisbruik~a4460252/

Geen opmerkingen:

Een reactie posten